Automatisering: vloek of zegen?

Dr. D.B.B. Rijsenbrij

Bijlage D: Taakopvatting van het hoogleraarschap vorig artikelvolgend artikel

Het kernthema van Maria Montessori: leer mij leren, zou het centrale thema moeten zijn bij elke 'studie' van kleuterschool tot universiteit. De student dient niet primair feitenkennis op te doen, maar zichzelf de discipline van het studeren eigen te maken. Een docent zou het proces van verwonderen moeten stimuleren; het verwonderen dat zorgt dat men zelf verder gaat (onder)zoeken. Dit moet de creatieve geest prikkelen tot doorvragen. Natuurlijk is een gemeenschappelijk kader of taalgebruik nodig om elkaar te kunnen verstaan, maar bovenal zou een docent meer vragen moeten stellen dan antwoorden geven. Dit vinden we terug bij de dialectiek van Socrates en de Kena-upanishad, de upanishad die over kennisverwerving handelt.

Het specifieke van universitair onderwijs is de plaatsing van de stof in een ruimer kader. Dus enerzijds inzicht in de desbetreffende materie en anderzijds overzicht over het kennisdomein en de plaats binnen het geheel ('universalis'). Een overvloed aan formules, ingewikkeld taalgebruik en moeilijke redeneringen zijn beslist geen teken van 'universiteitsheid'.

N.B. De discussie over kwaliteitsverbetering van de wijze waarop hoogleraren aan kennisoverdracht doen zijn een goede zaak. Dit mag echter niet leiden tot een geölied-lopende band waarin op mechanische wijze de kennis van de een in de ander wordt gegoten.

vorig artikelvolgend artikel